34 NEC

Uit Het Digitale Huis
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Let op: deze website is momenteel onder constructie. Helaas zullen hierdoor niet alle pagina's naar behoren functioneren. Onze excuses voor het ongemak!

Van volksclubje tot eredivisievoetbal vanaf 1900


De geschiedenis van NEC klinkt als die van een spannend jongensboek. Van een volksclubje zonder vast speelterrein groeide NEC uit tot een landelijk spelende voetbalvereniging.

Goffertstadion tijdens een voetbalwedstrijd

Enkele daadkrachtige volksjongens uit de benedenstad richtten in het jaar 1900 een voetbalclub op en noemden hem Eendracht. Dat alleen al was bijzonder, omdat voetbal indertijd nog een sport voor heren heette, zoals de chique Nijmeegsche Cricket-, Voetbal- en Athletiekvereniging Quick bewees. En zoals dat in jongensboeken gaat, was Eendracht weldra succesvol. Het volksclubje werd meteen kampioen van de in 1903 gevormde Nijmeegse Voetbalbond, en enkele jaren later ook van de Geldersche Voetbalbond, waarna promotie volgde naar de Tweede Klasse van de nationale voetbalcompetitie. In 1910 fuseerde Eendracht met een nog jongere voetbalclub: Nijmegen. Deze was in 1908 opgericht door voormalige leden van Quick die zich in die elitaire vereniging niet langer thuis hadden gevoeld. Na de fusie ging de club verder als Nijmegen Eendracht Combinatie, ofwel NEC. Aan voetbalkwaliteiten had NEC geen gebrek, aan financiën des te meer. De club had nu eenmaal geen welgestelde achterban. Hij hoorde noch bij het protestants-liberale, noch bij het katholieke deel van Nijmegen. In kringen die de club niet goedgezind waren, zoals op het stadhuis, werd NEC wel als een socialistische of zelfs communistische vereniging afgeschilderd. Tot de jaren twintig had de club niet eens een eigen speelveld en moesten de wedstrijden steeds op een andere plaats worden gespeeld. Na jarenlang aan de deur van de Eerste Klasse te hebben geklopt, kon NEC uiteindelijk in 1936 de promotie bewerkstelligen. Diverse keren behaalde de club daarna de oostelijke titel en tweemaal, in 1939 en in 1947, zelfs de derde plaats van Nederland.

Vanaf 1945 speelde NEC in De Goffert, toentertijd in grootte het derde stadion van Nederland, na het Olympisch Stadion te Amsterdam en De Kuip in Rotterdam. Dankzij de sportieve successen bracht het nieuwe stadion met zijn grote capaciteit aanvankelijk louter voordelen (grote bezoekersaantallen en dus hoge recettes), maar toen het met NEC in de jaren vijftig bergafwaarts ging en de club minder toeschouwers trok, bleek ook hoe kil en sfeerloos De Goffert kon zijn.

Ten tijde van de invoering van het betaald voetbal in Nederland (1954) verkeerde NEC sportief en financieel in een dal. Jarenlang nog zou de club in de onderste regionen van het betaald voetbal vertoeven. Mede dankzij financiële steun van de gemeente kroop NEC in de jaren zestig weer omhoog. In 1964 promoveerde de club naar de Eerste Divisie en drie jaar later naar de Eredivisie. Sindsdien kende Nijmeegs trots wisselend succes (soms volgden de degradaties en promoties elkaar in rap tempo op), maar de naam NEC werd hoe dan ook een vaste waarde in het nationale voetbal, met bekende spelers als Jan Peters en Frans Thijssen. In die tijd, de vroege jaren zeventig, trokken gemiddeld wel 18.000 toeschouwers naar De Goffert. Vier keer bereikte nec de bekerfinale (1973, 1983, 1994, 2000) en even vaak werd die wedstrijd verloren. Een hoogst enkele keer betrad NEC zelfs het Europese podium.


Bron: Jan Brabers, in: De Canon van Nijmegen, Uitgeverij Vantilt (Nijmegen 2009)


>> Ga terug naar de startpagina van de Canon van Nijmegen