Algemene gegevens | |
---|---|
Naam : | Beoordelingscommissie van Bouwplannen Nijmegen |
Andere naam (namen): |
|
Bestaansperiode: | 1923 - 1934 |
Rechtsvorm: | |
Voorganger(s): |
|
Opvolger(s): |
|
Hoger orgaan: |
|
Archief | |
Het archief van deze organisatie is in beheer bij het Regionaal Archief Nijmegen. De toegang met de beschrijving van de stukken is bereikbaar via deze link: | |
![]() Naar beschrijving archief |
De taken van Bouw- en Woningtoezicht beperkten zich vanaf de invoering van de Woningwet in 1902 voornamelijk tot het toetsen van nieuwbouw- en verbouwingsplannen aan eisen van technische aard. In het interbellum kreeg de gemeente meer aandacht voor de cultuurhistorische waarde van de stad en voor het stadsbeeld. Hierin past ook de roep om welstandseisen. Arnhem had bijvoorbeeld al sinds 1911 een schoonheidscommissie, ’s-Hertogenbosch in 1919. In de schriftelijke behandeling van de gemeentebegroting voor 1923 stelde een gemeenteraadslid voor een beoordelingscommissie voor bouwplannen in te stellen, aangezien sommige straten ontsierd werden door hoge muren. Het punt werd vastgesteld tijdens de bespreking van de gemeentebegroting in de raadsvergadering van 22 december 1922.
De commissie werd kortweg ‘Beoordelingscommissie’ genoemd. De eerste van de wekelijkse vergaderingen op het gemeentehuis werd gehouden op 31 januari 1923, de laatste op 30 maart 1934.
De permanente commissie beoordeelde ingediende bouwplannen op hun vorm en gaf Burgemeester en Wethouders advies over het al dan niet goedkeuren van bouwplannen.
De commissie werd voorgezeten door wethouder W.J.H. van der Waarden. Op 6 september 1927 nam wethouder P.A. Corduwener zijn plaats in. Daarnaast waren er drie leden: directeur Blaauw en adjunct-directeur Bijlard van Gemeentewerken, en directeur Rauch van Bouw- en Woningtoezicht. Een secretaris completeerde het geheel.
1923-1934: Nijmegen
Inleiding van de toegang op het archief door Hylke Roodenburg. (2013)