Tijdens de Eerste Wereldoorlog waren er enkele instellingen die onder de tijdelijke bijzondere zorg vielen, zoals het Steuncomité 1914, de Commissie ter bevordering van het telen van voedingsmiddelen, de Centrale Keuken en het gemeentelijk distributiebedrijf.
Het distributiebedrijf is een volwaardig gemeentelijk apparaat. Het is opgericht om uitvoering te geven aan de distributiewet van 19 augustus 1916. De gemeentes moeten waken over het belang van de volksvoeding en zorgen voor een doelmatige distributie van goederen. Het Nijmeegse college van Burgemeester en Wethouders acht het raadzaam dat het distributiebedrijf als nieuwe tak van dienst financiële zelfstandigheid krijgt. Met het in werking treden van de distributiewet op 24 augustus 1916 start het bedrijf als een financieel zelfstandige tak.[1]
Bewerking van de resultaten van onderzoek, gedaan in de jaren 1994-1996, naar lokaal bestuur en gemeentelijke overheid in Nijmegen door Lisette Kuijper (Regionaal Archief Nijmegen, 2010)