Het Schependom van Nijmegen
Let op: deze website is momenteel onder constructie. Helaas zullen hierdoor niet alle pagina's naar behoren functioneren. Onze excuses voor het ongemak!
Het Rijk van Nijmegen was het ambtsgebied van de burggraaf van Nijmegen. Hij oefende daar tot zeker het einde van de zestiende eeuw, het Hoge Gericht uit, de rechtspleging in halszaken. Aanvankelijk werd hij daarbij geassisteerd door de schepenen van de stad Nijmegen. In 1384 werd hun taak overgenomen door inwoners van het Rijk van Nijmegen. Er kwam toen een rechterlijke organisatie met gerichtsbanken in Beuningen, Ewijk, Groesbeek, Niftrik, Ooij-Rijks, Persingen, Weurt, Wijchen en Winssen-Rijks. In 1532 werd in een landbrief voor het Rijk van Nijmegen het aantal gerichtsbanken teruggebracht tot twee: een in Wijchen en een Beuningen. Groesbeek en Persingen verdwenen uit het ambtsgebied van de burggraaf.
De rol van de schepenen van Nijmegen verdween in 1384 niet helemaal. Het bestuur was dan wel in handen van de burggraaf, maar het dagelijkse gericht van een gedeelte van het ambtsgebied werd waargenomen door de onderrichter en de schepenen van Nijmegen. Dit gebied ging al snel het schependom van Nijmegen heten. Het schependom was steeds een tot de stad behorend gebied, al was het onderverdeeld in verschillende buurtschappen. Zo waren Hees en Neerbosch al sinds de veertiende eeuw bekend als buurtschap. Hatert was een samenvoeging van verschillende buurtschappen. Ook de buurtschappen werden vanuit de stad bestuurd. Het stadsbestuur benoemde onder meer hun schout, veldwachter, koster en schoolmeester.
Bij de invoering van het kadastrale systeem in de jaren twintig van de negentiende eeuw sloot men aan bij de toen bestaande situatie: de stad Nijmegen en de drie kerkdorpen Hatert, Hees en Neerbosch.
Bronnen
Regionaal Archief Nijmegen, Wetenschappelijke correspondentie, inv.nr. 528-100 (1973).
Commentaar
<comments hideForm="false"/> of, lees de overige commentaren ...