Algemene gegevens | |
---|---|
Naam : | Intergemeentelijk Overleg Agglomeratie Nijmegen |
Andere naam (namen): |
|
Bestaansperiode: | 1966 - 1970 |
Rechtsvorm: | Overheid |
Voorganger(s): |
|
Opvolger(s): |
|
Hoger orgaan: |
|
Archief | |
Het archief van deze organisatie is in beheer bij het Regionaal Archief Nijmegen. De toegang met de beschrijving van de stukken is bereikbaar via deze link: | |
![]() Naar beschrijving archief |
Het concept-streekplan Rijk van Nijmegen was eind 1962 de indirecte aanleiding voor het opstarten van het intergemeentelijk overlegorgaan. Binnen de regionale Stichting Streekbelangen Maas en Waal en Rijk van Nijmegen werd een werkcommissie ter bestudering van dit plan opgericht, met burgemeester Hermsen van Nijmegen als voorzitter. De werkcommissie had kritiek op het concept-streekplan en stelde voor om de ruimtelijke planning regionaal op te zetten. Burgemeester Hermsen stelde begin 1964 voor om een commissie voor intergemeentelijk overleg op bestuurlijk niveau samen te stellen om regionale ruimtelijke problemen op te lossen. In de vergaderingen van deze commissie werd het plan ontwikkeld een gemeenschappelijke regeling aan te gaan.
Ruim een week nadat Gedeputeerde Staten hun goedkeuring gaven, besloten de raden en colleges van de betrokken gemeenten op 23 november 1965 formeel om de gemeenschappelijke regeling te treffen. De betrokken gemeenten waren Beuningen, Ewijk, Groesbeek, Heumen, Millingen aan de Rijn , Nijmegen, Overasselt, Ubbergen en Wijchen. In 1969 traden Bergharen, Bemmel en Gendt toe. Het overlegorgaan werd gevestigd in Nijmegen. De installatie door de Commissaris van de Koningin in de provincie Gelderland vond plaats op 2 februari 1966.
In augustus 1966 stelde het orgaan een ‘intergemeentelijke commissie van deskundigen op het terrein van de ruimtelijke ordening’ in, met deskundigen uit alle deelnemende gemeenten.
De gemeenten wisselden in het overleg gemeentelijke plannen uit. Bij de betrokken gemeenten groeide de wens om tot een intergemeentelijke organisatie mét bestuurlijke bevoegdheden te komen en dat leidde ertoe dat het Intergemeentelijk Overleg de Vereniging van Nederlandse Gemeenten verzocht een ontwerp op te stellen voor een gemeenschappelijke regeling voor de agglomeratie Nijmegen. Dat kwam in 1970 tot stand. Deze gemeenschappelijke regeling Stadsgewest Nijmegen verving per 1 januari 1971 het Intergemeentelijk Overleg Agglomeratie Nijmegen.
Het overlegorgaan had tot taak om ‘in het belang van de agglomeratie zich in onderling overleg te beraden’ en uit eigen beweging of op verzoek de deelnemende gemeentebesturen te adviseren over de volgende zaken:
Het overlegorgaan had een dagelijks bestuur, bestaande uit een voorzitter en zes dóór en uit het overlegorgaan te kiezen leden. De burgemeester van Nijmegen was voorzitter van zowel het overlegorgaan als het dagelijks bestuur.
Uit de leden werden in 1967 verschillende commissies gevormd. Er waren commissies voor:
In 1968 werd hieraan een commissie oeververbindingen ofwel bruggencommissie toegevoegd, die zich richtte op de bouw van een extra brug over de Waal nabij Nijmegen.
In 1970 waren er vier commissies overgebleven:
1966-1967:Nijmegen Nieuwstraat 12 locatie in googlemaps
1967-1970:Nijmegen Nieuwstraat 10-12 locatie in googlemaps
Inleiding van de toegang op het archief door Hylke Roodenburg. (2018)