Tramremise en elektriciteitscentrale

Let op: deze website is momenteel onder constructie. Helaas zullen hierdoor niet alle pagina's naar behoren functioneren. Onze excuses voor het ongemak!

src=http://studiezaal.nijmegen.nl/HttpHandler//icoon.ico?icoon=13859369%7Curl=http://studiezaal.nijmegen.nl/ran/_detail.aspx?xmldescid=156881"}}

Bron: Regionaal Archief Nijmegen

Gezicht vanaf de spoorbrug op de tramremise en de elektriciteitscentrale (1912-1915)

Nijmegen had al aan het eind van de 19e eeuw een kleine elektrische centrale, toen nog in de gasfabriek. In 1886 werd Nijmegen namelijk - zo berichtte de Nijmeegsche Courant - de eerste stad “van Mannheim tot Rotterdam” met een elektrisch verlichte kade. Bijna overal elders in de stad was er toen nog verlichting van gas- of petroleum-lampen. Dat veranderde toen er plannen kwamen voor een elektrische tram. Voor die tram was een grotere elektriciteitscentrale nodig en die zou het ook mogelijk maken dat de stad op grotere schaal elektrisch verlichting kreeg. De nieuwe centrale kwam er op de Waalkade in het gedeelte tussen het huidige labyrint en de spoorbrug. In 1908 leverde de centrale de eerste stroom en in 1911 ging de eerste elektrische tram rijden. Deze nam de plaats in van de paardentram op het traject van Keizer Karelplein- Kastanjelaan. In de twee erop volgende jaren werd de rest van het oude 'stadsnet' geëlektrificeerd, op de lijn van het station naar Neerbosch na. Daar maakte de stroomtram pas in 1922 plaats voor de elektrische tram. In 1936 verrees een nieuwe centrale bij het Maas-Waalkanaal. Er reden in Nijmegen trams tot 1955 en de oude centrale werd in 1969 gesloopt.