Z.K.H. Prins Claus der Nederlanden
Let op: deze website is momenteel onder constructie. Helaas zullen hierdoor niet alle pagina's naar behoren functioneren. Onze excuses voor het ongemak!
Geschiedenis Vierdaagse | |
![]() startpagina |
Alles over de geschiedenis van de Vierdaage in het Digitale Huis van de Nijmeegse Geschiedenis Lees verder>>> |
{{#widget:imagewithlink|src=http://studiezaal.nijmegen.nl/HttpHandler//icoon.ico?icoon=14047207%7Curl=http://studiezaal.nijmegen.nl/ran/_detail.aspx?xmldescid=300875"}} | |
---|---|
Prins Claus en Prinses Beatrix tijdens de intocht van de Vierdaagse. |
"Nijmegen" is een unieke ervaring, vindt ook Z.K.H. Prins Claus der Nederlanden. In 1967 was hij één van de duizenden deelnemers aan de Vierdaagse. Van zijn hand is onderstaand artikel uit 1991.
Echt verdiende onderscheiding (Z.K.H. Prins Claus der Nederlanden)
,,U heeft wèl de stoute schoenen aangetrokken" en ,,U kunt niet opgeven! Of om het in Vierdaagse-jargon te zeggen: U zult moeten doorgaan, al is 't op Uw tandvlees". Citaten uit een zeer welwillend kranteartikel van 24 juli 1967: ,,Memo voor Prins Claus", nadat bekend werd gemaakt dat ik van plan was, samen met een groepje van drie vrienden, als één van de 13.000 deelnemers de 51e "Vierdaagse" van Nijmegen mee te lopen.
200 kilometer in vier dagen. Ik was gewaarschuwd. Maar juist daarom ook goed voorbereid. Van een plagend bewustzijn dat ik niet kón en mócht opgeven, heb ik tijdens de lange wandeling gedurende vierdagen overigens gelukkig geen enkele last gehad. Wél heeft dit besef ons oefenschema en de intensiteit ervan in die tijd zeer nadrukkelijk beïnvloed. Een kleine 600 kilometer zijn wij weekeind op weekeind wandelend door het land getrokken. Eerst 15 km per dag en dan langzaam verder tot uiteindelijk de kritieke 50 kilometers per dag bereikt werden. Langs rivieren, door bossen, polders en dorpen; bij mooi weer en in regen en kou. De spierkracht moest op peil worden gebracht nieuwe wandelschoenen ingelopen en de voeten gehard worden. Eerst kwamen de blaren en dan de ,,Kampferspiritus" als geheim wapen hiertegen. Er werden tientallen liters koude melk gedronken op zo'n oefendag. Heerlijk, herinner ik mij nu nog - 24 jaar later.
Eén keer 50 km op een dag was dus haalbaar. Maar 50 km op vier achtereenvolgende dagen? Dat viel buiten ons oefenschema en alleen de Vierdaagse zelf zou ons kunnen leren of het zou gaan. Maar iedere uitdaging, ook op sportief gebied, houdt wel een zeker risico in. Wij hebben ons er niet lang over bekommerd en waren vol vertrouwen toen wij op 25 juli 1967 vroeg in de ochtend van start gingen. Het ging ook allemaal erg goed. Het ideale weer heeft hierbij zeker een niet onbelangrijke rol gespeeld: zon maar niet te warm; noch wind noch regen en een bijzonder vriendelijke sfeer binnen het kleurrijke en multinationale legertje van wandelaars, marcheerders en snelwandelaars; oud en jong, serieus en vrolijk, op alle mogelijke en onmogelijke soorten schoenen - ook klompen! 200 km op klompen, ik moest er niet aan denken.
Ook de mensen langs de wandelroutes, buiten en binnen de dorpen, droegen veel bij tot de ontspannen en vrolijke sfeer. Een lid van het Koninklijk Huis doet mee aan De VIERDAAGSE. Het leek iets bijzonders te zijn. Er werd gejuicht en gastvrijheid aangeboden om even uit te rusten. Enkele keren hebben wij daar dankbaar gebruik van gemaakt. Eén stop herinner ik mij nog goed: wij lagen met z'n vieren op de grond in de zitkamer van een boerderij, de voeten bloot, de benen omhoog en deden ons te goed aan kostelijke kersen, die onze gastvrouw had aangeboden. De doortocht te Elst dreigde in een (uitermate vriendelijke) volksoploop te ontaarden. Maar na de eerste dag raakte men aan de ,,rare vogel" gewend en liet men ons rustig lopen.
1967 is 24 jaar geleden en ik herinner mij niet meer alle details, maar enige herinneringsflitsen van die dagen in juli dringen nu toch nog door:
- Weilanden langs de route met talloze EHBO-mensen die zere voeten verzorgen (pleisters als dakpannen over grote en kleine blaren plakkend); ik weet niet meer of ik zelf ook eens de hulp van deze Samaritanen ingeroepen heb. Ik dacht van niet, omdat ik er blarenloos doorheen ben gekomen.
- Een snelwandelaar, die elk van de vier dagen even langs kwam, een praatje maakte, en weer doorstoomde met een snelheid van meer dan 10 km/h (onze gemiddelde vooruitgang was 6,8 km/h). Als ik mij goed herinner was onze snelwandelende vriend een ziekenbroeder uit Haarlem die aan bijna alle langeafstandwandelingen had deelgenomen die er in Europa bestonden. Dit alles en nog veel meer vertelde hij ons terwijl hij met voor zijn doen sterk ingehouden snelheid met ons meeliep. Ik was vol bewondering, maar dacht toen hij al weer accelereerde: snelwandelen is geen sport voor mij; een stevige wandeling, dat wel.
- Een detachement Israëlische "Sabra's" - in dit geval vrouwelijke soldaten - die wij passeerden (of passeerden zij ons?), in de pas een lied zingend, mooi, opgewekt en een vreugde voor het oog. Ik zag hen op de laatste dag in Nijmegen binnenkomen zonder een spoor van vermoeidheid, het uniform in de plooi zoals het hoort en terecht blij met het grootse applaus van de mensen langs de route en op de tribunes.
- De binnentocht op de laatste dag was een waardige en onvergetelijke belevenis. Het gevoel dat het niet meer stuk kan, dat je het gehaald hebt en dan de mensen met bloemen om je welkom te heten en te feliciteren met een prestatie die je verbindt met een kleine 13.000 medewandelaars.
- De tribune met belangrijke gasten en de eindstreep op 50 meter afstand komen in zicht. Zoenen en bloemen voor de trotse wandelaar van de misschien nog trotsere echtgenote. En dan een beleefde maar gevaarlijke suggestie: ,,Koninklijke Hoogheid, gaat U maar zitten op de tribune". Een gedachtenflits: eerst de eindstreep over. Wij bedanken dus en lopen de luttele meters tot over de finish. De intocht in Nijmegen was een groot volksfeest.
Ondanks de goede voorbereiding had ik toen wel het gevoel iets gepresteerd te hebben en wanneer ik nu weer terugdenk aan die dagen in juli '67, dan geeft het mij nog steeds een gevoel van voldoening. Iets heel positiefs uit je verleden. Lichamelijk ben ik misschien nooit zo fit geweest als na de talloze oefenwandelingen en uiteindelijk na de Vierdaagse. Ik heb zelfs het gevoel dat deze fysieke topconditie voor vele jaren daarna een gezonde basis was voor alle mogelijke sporten die ik beoefende. Wandelen is misschien de gezondste sport voor de mens - waarmee ik iets zeg dat nogal natuurlijk lijkt en ook is.
Ik denk dat "Nijmegen" uniek is. Voor mij althans was het een unieke ervaring. Het Vierdaagsekruis houd ik dan ook in hoge eer. Een van mijn zonen merkte eens in een wat brutale bui op: ,,Papa, de enige onderscheiding die je echt verdiend hebt."
Huis ten Bosch Prins Claus der Nederlanden
Verantwoording
De tekst van dit artikel is overgenomen uit het boek De Wereld wandelt uit 1991.
Commentaar
<comments hideForm="false"/> of, lees de overige commentaren ...